Tijdens de eerste week in de caravan heb ik een belangrijke les geleerd. Ik had met een gezin, dat naar een andere, nieuwe jisjoeb verhuist, afgesproken dat ik hun vierdeurs-klerenkast zou kopen. Ik had dringend hang- en legplek nodig voor mijn kleren die tot nu toe in mijn koffer en in plastic zakken waren opgeborgen. Het was een prachtige klerenkast, schitterend gewoonweg. De broer van de verkoopster zou de kast uit elkaar halen. Ik had de 500 sjekel al van de bank gehaald. En toen kwam dat vervelende moment. Ik had al verschillende keren vergeefs gebeld. Mijn gastgezin in Alon Sjeboet had sms’jes gestuurd. Maar de verkoopster had haar voicemail niet afgeluisterd en haar e-mails niet gelezen. Ze dacht dat ik niet meer geïnteresseerd was en had de kast aan iemand anders verkocht.
Bittere teleurstelling. Oh oh oh, wat was die kast mooi. Maar zoals altijd ga ik nadenken over dingen. Waarom overkomt dit me? Niet een vraag aan Hasjeem, maar aan mezelf, om van te leren. Na goed nadenken had ik mijn antwoord gevonden.
Mezelf kennende zou ik op mijn bed zitten, naar die mooie kast kijken en mijmeren hoe gelukkig ik was. Maar Hasjeem besloot, neen, die kast behoort jou niet toe. Denk eraan dat dit niet jouw permanente verblijfplaats is, het is maar een tijdelijk onderkomen. Ik had vrede in mijn hart. En weet je, een paar dagen later belde iemand uit Efrat. Haar moeder was enkele weken geleden overleden, en ze had een klerenkast voor me, gratis. Het staat nu in mijn slaapkamer. Zeer eenvoudig, zoals een klerenkast in een eenvoudige stacaravan behoort te zijn. Als ik ernaar kijk dank ik Hasjeem voor zoveel goedheid.
Hasjeem is mij zeer gunstig gezind. Voor de twee dagen van Rosj Hasjanna heb ik maar liefst acht (!) uitnodigingen ontvangen om bij een familie een maaltijd te nuttigen. Ik heb dus enkele keren beleefd neen moeten verkopen. Een week daarna belde de gabbai me op. Hij had een soeka voor me, twee bij drie meter. Op een sjabbat, vlak daarna, werd er op de deur geklopt. Twee meisjes, ongeveer acht jaar oud, kwamen me sjabbat sjalom toewensen. Leven in de bevrijde gebieden is geweldig.
Hodoe Lehasjeem ki tob, kie leölam chasdo.