Blogserie: De Dode Zee-rollen
- Een introductie
- Nederandse vertaling en Oxford University
- Vondst van de rollen in 1947
- Vondst van de rollen in 1947 (vervolg)
- Qumran en de Dode Zee-rollen
- De Qumranbibliotheek
- De identiteit van de Qumrangemeenschap
- Zeloten en martelaarschap
- De identiteit van de Qumrangemeenschap (2)
- De Dode Zee-rollen en de huidige Tenach
Velen kennen het verhaal van de vondst van de rollen aan de oevers van de Dode Zee, in de grotten rondom Chirbet Qumran, eind jaren ’40, begin jaren ’50. De eerste grot zou door bedoeïenenjongens van de Ta’amireh-stam in 1947 zijn ontdekt.
Er zijn over deze vondst diverse verhalen die te ronde gaan. Deze verhalen dragen bij aan de totstandkoming van de legende rondom de Dode Zee-rollen en zijn de reden dat Qumran inmiddels een ware toeristische trekpleister is geworden.
Archeologen waren al ruim een eeuw voor de vondst van de rollen geïnteresseerd in de nederzetting van Qumran. In 1851 had de Belg Louis-Félicien Caignaert de Saulcy het gebied rondom de Dode Zee in kaart gebracht. Volgens de Saulcy was Qumran – samen met Ein Feshka – de resten van de Bijbelse stad Gomorra die volgens Genesis 19 met een verterend vuur zou zijn vernietigd. Hij deed deze conclusie onder andere door de overeenkomst in de namen Gomorrah en Goumran zoals Qumran toen genoemd werd.
Latere ontdekkingsreizigers brachten dit in twijfel en dachten dat de onbekende resten van Qumran uit de Romeinse periode dateerden. Tot de vondst van de rollen in 1947 werd Qumran op geen enkele manier in verband gebracht met een Joods-religieuze gemeenschap.
De zeven rollen werden door de bedoeïenen doorverkocht aan een schoenmaker in Bethlehem, genaamd Kando. Dit vanwege het feit dat de teksten op leer waren geschreven. Kando verkocht vier van de zeven rollen weer door aan aartsbisschop Samuel voor een belachelijk lage prijs van 24 Britse ponden. De overige rollen werden aan Eleazar Lipa Sukenik, een Israëlisch Bijbelwetenschapper van de Hebrew University te Jeruzalem verkocht. Dit gebeurde op de historische datum 29 november 1947, op deze datum stemde de VN over het oprichten van een soeverein Joodse staat: Israël.
Anders dan de Syrisch-orthodoxe aartsbisschop wist Sukenik dat de rollen die hij had opgekocht van zeer grote waarde waren. Sukenik schrijft in zijn dagboek:
My hands shook as I started to unwrap one of them. I read a few sentences. It was written in beautiful biblical Hebrew. The language was like that of the Psalms, but the text was unknown to me. I looked and looked, and I suddenly had the feeling that I was privileged by destiny to gaze upon a Hebrew Scroll which had not been read for more than 2,000 years.
De aartsbisschop van de Syrisch-orthodoxe kerk plaatst zijn vier opgekochte rollen in een advertentie in The Wall Street Journal in 1954, na vele mislukte pogingen de rollen voor winst door te verkopen. Na het lezen van de advertentie (zie citaat onder de titel voor de tekst van de advertentie) was het de zoon van professor Sukenik, Yigael Yadin, die met behulp van een Amerikaanse tussenpersoon, de vier rollen voor $250.000 kocht. En zo werden de zeven rollen die door bedoeïenenjongens waren gevonden, via een omweg, eigendom van de staat Israël. Deze rollen staan momenteel tentoongesteld in het museum Shrine of the Book te Jeruzalem.